Wettenpocket Wet kinderopvang
- Titel regeling
- Besluit kinderopvangtoeslag
- Type
- AMvB
- Wetsfamilie
- Besluit kinderopvangtoeslag; Wet kinderopvang
- Geldend vanaf
- 9-2-2021
- Geselecteerde elementen
- Volledig
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Hebben goedgevonden en verstaan:
Hoofdstuk 1. Algemeen
Artikel 1
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
a. wet: Wet kinderopvang;
-
b. dagopvang: kinderopvang, verzorgd door een kindercentrum voor kinderen tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen;
-
c. maximum uurprijs: de maximaal voor kinderopvangtoeslag en voor tegemoetkomingen van de gemeente of het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen in aanmerking komende prijs per zestig minuten geboden kinderopvang;
-
d. kosten van kinderopvang: het aantal uren kinderopvang per kind, vermenigvuldigd met de voor die kinderopvang te betalen prijs, met inachtneming van het bedrag, bedoeld in artikel 1.7, tweede lid, van de wet;
-
e. tegenwoordige arbeid: tegenwoordige arbeid als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onder a of b, van de wet.
Artikel 1a
Indien buitenschoolse opvang wordt geboden aan kinderen die basisonderwijs volgen waarvan de dagelijkse schooltijd verschillend is:
-
a. kan voor het eindtijdstip van de buitenschoolse opvang die voor de dagelijkse schooltijd plaatsvindt, worden uitgegaan van de dagelijkse schooltijd van de kinderen van wie de basisschool als laatste begint;
-
b. kan voor het aanvangstijdstip van de buitenschoolse opvang die na schooltijd plaatsvindt, worden uitgegaan van de dagelijkse schooltijd van de kinderen van wie de basisschool als eerste eindigt.
Hoofdstuk 2. De kinderopvangtoeslag
Paragraaf 1. Algemene berekeningsfactoren
Artikel 2
De hoogte van de kinderopvangtoeslag wordt voor iedere kalendermaand afzonderlijk bepaald.
Artikel 3
-
1. Indien meer dan één kind van een ouder gebruik maakt van kinderopvang, wordt voor de kinderopvangtoeslag onderscheid gemaakt tussen het eerste kind en de overige kinderen.
-
2. Het kind met het hoogste aantal uren kinderopvang wordt voor de berekening van de hoogte van de kinderopvangtoeslag als eerste kind beschouwd.
-
3. In het geval meer kinderen van een ouder een zelfde aantal uren gebruik maken van kinderopvang, wordt het kind met de hoogste kosten van kinderopvang als eerste kind beschouwd.
-
4. In het geval meer kinderen van een ouder een zelfde aantal uren gebruik maken van kinderopvang met gelijke kosten van kinderopvang, stelt de Belastingdienst/Toeslagen vast welk kind als eerste kind moet worden beschouwd.
Artikel 4
-
1. De maximum uurprijs bedraagt voor:
-
a. dagopvang € 8,46;
-
b. buitenschoolse opvang € 7,27; en
-
c. gastouderopvang € 6,49.
-
-
2. Indien de prijs per uur kinderopvang hoger ligt dan de maximum uurprijs wordt bij de bepaling van de hoogte van de kinderopvangtoeslag per kind in plaats van de prijs per uur kinderopvang de maximum uurprijs in aanmerking genomen.
Artikel 5
De maximum uurprijs, bedoeld in artikel 4, wordt jaarlijks aangepast overeenkomstig:
-
a. 80% van de ontwikkeling van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in het voorafgaande jaar, is geraamd; en
-
b. het verschil tussen de ontwikkeling van 80% van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het voorafgaande jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in dat jaar, was geraamd en de ontwikkeling van 80% van de loonvoet bedrijven en 20% van de consumentenprijsindex zoals deze voor het voorafgaande jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in dat voorafgaande jaar, nader is geraamd.
Artikel 5a
[Vervallen]
Artikel 6
Voor de berekening van de kinderopvangtoeslag is de verdeling van de toetsingsinkomens in inkomensgroepen in de bij dit besluit behorende bijlage I opgenomen.
Artikel 7
De bedragen van de toetsingsinkomens van de inkomensgroepen, bedoeld in artikel 6, worden aangepast overeenkomstig de ontwikkeling van de contractlonen, zoals deze voor het betrokken jaar, blijkens bekendmaking in het Centraal Economisch Plan in het voorafgaande jaar, is geraamd, waarbij onder ontwikkeling van de contractlonen wordt verstaan: het gemiddelde van de procentuele ontwikkeling van de contractlonen in de marktsector, de gepremieerde sector en de gesubsidieerde sector, en bij de overheid, zoals dit door het Centraal Planbureau wordt bekendgemaakt.
Artikel 8
-
1. De kinderopvangtoeslag wordt uitgedrukt in een percentage van de kosten van kinderopvang.
-
2. De percentages, bedoeld in het eerste lid, worden vermeld in bijlage I.
Artikel 8a
-
1. Het aantal uren kinderopvang dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, bedraagt voor ieder kind niet meer dan:
-
a. 230 uren per kalendermaand;
-
b. per berekeningsjaar:
-
1°. 140 procent van het aantal gewerkte uren, waarbij reistijd niet wordt aangemerkt als gewerkte uren, voor dagopvang en gastouderopvang aan een kind in de leeftijd, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, gezamenlijk;
-
2°. 70 procent van het aantal gewerkte uren, waarbij reistijd niet wordt aangemerkt als gewerkte uren, voor buitenschoolse opvang en gastouderopvang aan een kind in de leeftijd waarop kinderen naar het basisonderwijs kunnen gaan, gezamenlijk;
-
3°. de duur van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdelen c tot en met j, van de wet uitgedrukt in kalendermaanden, vermenigvuldigd met 230 uren per kalendermaand.
-
-
-
2. Voor het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt uitgegaan van het aantal uren van de ouder of partner die in dat berekeningsjaar het minste uren heeft gewerkt, gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus heeft gevolgd.
-
3. Indien de ouder of partner op hetzelfde moment in een berekeningsjaar kan worden aangemerkt als ouder, bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdeel a of b, van de wet en als ouder, bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdeel g of j, van de wet wordt voor het eerste lid, onderdeel b, uitgegaan van het subonderdeel dat leidt tot het meeste aantal uren als bedoeld in het eerste lid.
-
4. Bij de toepassing van het eerste lid wordt indien een ouder of zijn partner aanspraak op een kinderopvangtoeslag behoudt op grond van artikel 1.6, vijfde of zevende lid, van de wet, uitgegaan van het aantal uren dat een ouder of zijn partner voorafgaand aan de beëindiging van de arbeid als bedoeld in dat artikel verrichtte.
Artikel 8b
-
1. In afwijking van artikel 8a bedraagt voor het berekeningsjaar 2020 het aantal uren kinderopvang dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, voor ieder kind niet meer dan:
-
a. 230 uren per kalendermaand; en
-
b. voor het berekeningsjaar 2020 230 uren per kalendermaand vermenigvuldigd met het aantal maanden waarin de ouder of partner in dat berekeningsjaar:
-
1°. arbeid heeft verricht als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdeel a of b, of derde lid, onderdeel a, van de wet; of
-
2°. gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid, onderdelen c tot en met j, van de wet.
-
-
-
2. Voor het aantal uren dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking komt, bedoeld in het eerste lid, wordt uitgegaan van het aantal maanden van de ouder of partner die in het berekeningsjaar 2020 het minste aantal maanden heeft gewerkt, gebruik heeft gemaakt van een voorziening die gericht is op arbeidsinschakeling of scholing, een opleiding of een cursus heeft gevolgd.
-
3. Bij de toepassing van het eerste lid, aanhef en onder a, en onder b, aanhef en onderdeel 1° wordt indien een ouder of zijn partner in het berekeningsjaar 2020 aanspraak op kinderopvangtoeslag behoudt op grond van artikel 1.6, vijfde of zevende lid, van de wet, uitgegaan van het aantal uren kinderopvang dat voor kinderopvangtoeslag in aanmerking kwam voor de beëindiging van de arbeid.
Artikel 9
[Vervallen]
Paragraaf 2. Specifieke berekeningsfactor bij kinderopvangtoeslag voor ouder zonder partner
Artikel 10
[Vervallen]
Artikel 11
[Vervallen]
Artikel 12
[Vervallen]
Artikel 13
[Vervallen]
Artikel 14
[Vervallen]
Artikel 15
[Vervallen]
Artikel 16
[Vervallen]
Artikel 17
[Vervallen]
Hoofdstuk 3. Tegemoetkoming Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
Artikel 18
[Vervallen]
Artikel 19
[Vervallen]
Artikel 20
[Vervallen]
Artikel 21
[Vervallen]
Artikel 22
[Vervallen]
Hoofdstuk 4. Slotbepalingen
Artikel 22a
[Vervallen]
Artikel 22b
Voor de aanspraak op kinderopvangtoeslag in een berekeningsjaar dat voorafgaat aan het lopende jaar blijft dit besluit, zoals dat luidde op 31 december van dat berekeningsjaar, van toepassing.
Artikel 23
Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Artikel 24
Dit Besluit wordt aangehaald als: Besluit kinderopvangtoeslag.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad wordt geplaatst.
Beatrix
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ,
A. J. de Geus
De Minister van Financiën ,
G. Zalm
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport , a.i.,
G. Zalm
Bijlage I. behorende bij artikel 6 van het Besluit kinderopvangtoeslag
(gezamenlijk) toetsingsinkomen (€) |
Tegemoetkoming Rijk als % van de kosten van kinderopvang |
||
---|---|---|---|
eerste kind |
volgend kind |
||
lager dan |
20.302 |
96,0% |
96,0% |
20.303 |
21.654 |
96,0% |
96,0% |
21.655 |
23.004 |
96,0% |
96,0% |
23.005 |
24.357 |
96,0% |
96,0% |
24.358 |
25.709 |
96,0% |
96,0% |
25.710 |
27.061 |
95,6% |
95,7% |
27.062 |
28.412 |
94,5% |
95,5% |
28.413 |
29.760 |
93,5% |
95,3% |
29.761 |
31.214 |
92,6% |
95,1% |
31.215 |
32.666 |
92,0% |
95,0% |
32.667 |
34.122 |
91,0% |
94,8% |
34.123 |
35.574 |
90,5% |
94,6% |
35.575 |
37.031 |
89,7% |
94,6% |
37.032 |
38.484 |
88,9% |
94,6% |
38.485 |
39.972 |
88,3% |
94,6% |
39.973 |
41.463 |
87,5% |
94,6% |
41.464 |
42.953 |
86,8% |
94,6% |
42.954 |
44.443 |
86,1% |
94,6% |
44.444 |
45.936 |
85,2% |
94,6% |
45.937 |
47.427 |
84,7% |
94,6% |
47.428 |
48.916 |
83,9% |
94,6% |
48.917 |
50.407 |
83,3% |
94,6% |
50.408 |
52.036 |
82,4% |
94,6% |
52.037 |
55.230 |
80,9% |
94,6% |
55.231 |
58.423 |
80,1% |
94,2% |
58.424 |
61.618 |
79,0% |
93,6% |
61.619 |
64.813 |
76,8% |
93,2% |
64.814 |
68.006 |
74,5% |
92,9% |
68.007 |
71.202 |
72,3% |
92,2% |
71.203 |
74.396 |
69,9% |
91,7% |
74.397 |
77.590 |
67,6% |
91,2% |
77.591 |
80.786 |
65,4% |
90,5% |
(gezamenlijk) toetsingsinkomen (€) |
Tegemoetkoming Rijk als % van de kosten van kinderopvang |
||
---|---|---|---|
eerste kind |
volgend kind |
||
80.787 |
83.979 |
63,1% |
90,0% |
83.980 |
87.176 |
60,9% |
89,6% |
87.177 |
90.370 |
58,4% |
89,3% |
90.371 |
93.562 |
56,2% |
88,6% |
93.563 |
96.757 |
54,0% |
88,2% |
96.758 |
100.015 |
51,6% |
87,7% |
100.016 |
103.287 |
49,6% |
87,0% |
103.288 |
106.558 |
47,5% |
86,5% |
106.559 |
109.829 |
45,4% |
86,1% |
109.830 |
113.099 |
43,3% |
85,8% |
113.100 |
116.371 |
41,4% |
85,1% |
116.372 |
119.644 |
39,5% |
84,5% |
119.645 |
122.916 |
37,6% |
84,1% |
122.917 |
126.184 |
35,7% |
83,5% |
126.185 |
129.456 |
34,1% |
83,2% |
129.457 |
132.729 |
33,3% |
82,5% |
132.730 |
135.999 |
33,3% |
81,9% |
136.000 |
139.270 |
33,3% |
80,9% |
139.271 |
142.541 |
33,3% |
80,6% |
142.542 |
145.813 |
33,3% |
79,8% |
145.814 |
149.088 |
33,3% |
78,9% |
149.089 |
152.356 |
33,3% |
78,3% |
152.357 |
155.628 |
33,3% |
77,4% |
155.629 |
158.897 |
33,3% |
76,9% |
158.898 |
162.171 |
33,3% |
76,2% |
162.172 |
165.443 |
33,3% |
75,5% |
165.444 |
168.714 |
33,3% |
74,8% |
168.715 |
171.985 |
33,3% |
73,8% |
171.986 |
175.253 |
33,3% |
73,3% |
175.254 |
178.527 |
33,3% |
72,6% |
178.528 |
181.797 |
33,3% |
71,8% |
181.798 |
185.070 |
33,3% |
71,1% |
185.071 |
188.342 |
33,3% |
70,5% |
188.343 |
191.612 |
33,3% |
69,8% |
191.613 |
194.884 |
33,3% |
69,0% |
194.885 |
198.154 |
33,3% |
68,5% |
198.155 |
en hoger |
33,3% |
67,6% |
Bijlage II. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang
[Vervallen]
Bijlage IIa. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang
[Vervallen]
Bijlage IIb. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang
[Vervallen]
Bijlage IIc. , behorende artikel 6, tweede lid, van het Besluit kinderopvangtoeslag en tegemoetkomingen in kosten kinderopvang
[Vervallen]